Europe : Post Buildings	Previous	Next

Date of issue: 05th of may 1990.

OBC/COB : number: 2367-2368

 

Created by: Lucien De Roeck / Guillaume Broux.P.G. De Schutter

Perforation: 11 1/2
Size : 2367 - 37 x 24mm ; 2368 -24 x 37 mm
Composition of the sheets: 30
Printing Process: Combined Steel and Rasterdeepprint
Number of plates: 1-2-3-4-5-6
Printing Run: 2367- 7.500.000 ex ; 2368 - 1.800.000 ex
Paper: P5 ( see paper Types )

 

2367 - 14F - Post Office Oostende 1
2368 - 25F - Post Office Liège 1

INFO

Het Oostendse postgebouw werd gebouwd naar de plannen van de architect Gaston Eysselinck. Aan het gebouw heeft hij een klassieke verhouding gegeven, terwijl niets in de uitwerking verwijst naar één of andere klassieke vormentaal. De compositie ervan kan wel aanzien worden als een combinatie van elementen – enerzijds uit een egale wand met sculptuur – en anderzijds de zijgevels en het algemeen volume. De bouwvergunning voor het oprichten van een gecombineerd RTT-PTT-gebouw werd op 24 juni 1947 verkregen. De ruwbouwwerken namen een aanvang in september 1947 en de uiteindelijke volledige afwerking zou pas in 1953 gebeuren. Op 14 januari 1954 werd het nieuwe gebouw ingehuldigd. Het element «duurzaamheid» bij een openbaar gebouw was voor Eysselinck een onbetwistbaar gegeven. Daarbij kwam nog dat de architect er van overtuigd was dat men aan de kust extra aandacht moest besteden aan het gebruikte materiaal. De volledige bekleding met verschillende soorten natuursteen (blauwe hardsteen en graniet) en de bronzen ramen, zijn er dan ook het gevolg van. Hij heeft tevens willen aantonen dat een logische en rationele keuze van de klassieke materialen te verzoenen is met een modern, functioneel gebouw. Het idee van Eysselinck om een monumentaal beeldhouwwerk te plaatsen tegen de vlakke achtergrond heeft affiniteiten met Le Corbusier : – De toegang tot het gebouw benadrukken door middel vaneen beeldengroep, een autonoom plastisch volume dat tot leven wordt gebracht door een spel van schaduwen op de achterwand. Deze beeldengroep is het werk van Jozef Cantré en stelt «de eenheid in de wereld voor het "postverkeer" voor. Dit autonoom werk werd gecreëerd met een thema dat toch verbonden is met het postverkeer. Het gewichtloze karakter van de grote glazen wand van het gebouw wordt door Cantré nog benadrukt door in. de compositie de vier figuren te laten zweven, waardoor de eenheid tussen beeld en wand ontstaat waar ze elk hun autonomie bewaren. (Een ruimere benadering van het werk van J. Cantré brengt de filataliefolder nr. 14 met de uitgifte op 8.10.1990 van de reeks «Culturele» die een speciale postzegel bevat gewijd aan deze kunstenaar.) Het postgebouw te Oostende is het jongste gebouw van Vlaanderen dat de bescherming als monument kreeg en dit in 1981. (In samenwerking met Marc Dubois, Architect, voorzitter Stichting Architectuurmuseum. ) Het Posthotel van Liège 1 werd ontworpen door architect Edmond Jamar. Het is een gebouw in neogotische stijl, geïnspireerd door de architectuur en de ornamentiek van het prinsbisschoppelijk paleis. De aanbesteding had plaats op 21 december 1897 en het werk werd toevertrouwd aan de heer Ferdinand Saublain uit Brussel. De werken vingen aan op 1 februari 1898. De gebruikte stenen zijn afkomstig uit de groeven van Ouffet en Anthisnes. Tijdens de uitvoering van het werk ontdekte men sporen van een vroegere notkeriaanse omwalling alsook. overblijfselen van een muur met borstwering op console, daterend uit de XVIe eeuw. Het gebouw werd op 16 december 1901 ingehuldigd. De gevelversiering bestaat uit bronzen beelden. en. wapenschilden. Beeldhouwer Mathelin kapte 15 beelden. De zes grote beeldhouwwerken, geplaatst in nissen in de gevels langs de «rue de la Régence» en de «quai Sur Meuse», zijn afbeeldingen van zes Luikse burgemeesters, namelijk Jamar, De Celliers, Berlaimont, Surlet, Berlo en Rossius, die in functie waren tijdens de periode waarin de architecturale stijl van het gebouw in zwang was. De negen kleinere beelden, verdeeld over de gevels van de «rue de la Régence» de «quai Sur Meuse», de «rue Matrognard», zijn afbeeldingen van. ondergeschikt personeel, dat tijdens de XVe en XVIe eeuwen met de postdienst was belast. En dan zijn er de wapenschilden van de hand van beeldhouwer Wéra. 1º) Deze op de gevel aan de «rue de la Régence» : Het blazoen boven de ingangspoort is een interpretatie van de kunstenaar van het grote en het kleine wapen van België. Links ervan vindt men het (niet officiële) blazoen van de stad Hoei, rechts dat van Hasselt. Na Hasselt, het wapenschild van Borgworm en vervolgens dat van Spa. Boven het blazoen. van Borgworm ziet men dat van Verviers. Hoei, Hasselt, Borgworm, Spa en Verviers waren steden die tot het prinsbisdom Luik behoorden.. 2º) Deze op de gevel aan de «quai Sur Meuse» : Bovenaan rechts is er het blazoen van Pety de Thozée, gouverneur van de provincie Luik, die in functie was bij het optrekken van het gebouw. Links vindt men het wapenschild van het Prinsbisdom Luik, en niet dat van de provincie, zoals vermeld. Onderaan, van. links naar rechts, zijn. er de blazoenen van Franchimont, Luik, Borgloon, Hoorne en Bouillon, allemaal graafschappen, markgraafschappen en steden die samen het prinsbisdom vormden. Rechts van deze 5 blazoenen vindt men dat van het Graafschap Moha dat in 1230 aan Luik toekwam. Op de muur langs de kant van de parking aan de «rue Florimont » vindt men nog een ander blazoen van Luik. 3º) Op de achterkant van de toren, die 40 meter hoog is, kan men een medaillon bewonderen waarop in goud op diepblauwe achtergrond het gebouw van het posthotel staat afgebeeld.   .