Folklore : Cities of Carnavale.	Previous	Next
	Home

Date of issue: 1st of February 1986.

OBC/COB numbers: 2200-2201

 

Created by: May Néama / Jean Malveaux

Perforation: 11 1/2
Size: 35mm x 24mm
Composition of the sheets: 30
Printing Process: Screendeepprint
Number of plates: 1-2
Printing Run: 2200 - 4.900.000 ex ; 2201 - 8.100.000 ex
Paper: 2200- P6 ; 2201 -P5 ( see paper Types )

2200 - 9F - Aalts - Giants
2201 - 12F - Gilles of Binche

INFO

Carnaval in Aalst stoelt op een eeuwenoude en met authentieke documenten bewijsbare traditie. Het is zonder enige twijfel het meest karakteristieke element in het toch al rijkgeschakeerde Aalsterse volksleven, het is een tegelijk fascinerend, onuitputtelijk en levend volksgebruik dat alle jaren van gedaante wisselt. De importbenaming carnaval is van eerder recente datum. Echte Aalstenaars spreken ook vandaag van Vastenavond en van zotten en zottinnen, waarmee ze de duizenden figuranten typeren die elk op hun manier gestalte geven aan dit onovertroffen volksfeest. Het carnavalseizoen opent met het Driekoningenfeest, begin januari. Rond de hutsepot verzamelen de tenoren uit de Aalsterse carnavalwereld! Een paar weken later wordt de man verkozen die de stad vier dagen zal regeren. Wanneer de nieuwe prins gekroond wordt, maakt Aalst zich klaar voor de nakende topdagen. – Zaterdag van Vastenavond doet de burgemeester afstand van zijn macht ten gunste van Prins Carnaval die nu de scepter zwaait over Aalst. – Zondagmiddag (in 1986: op 9 februari) trekt onder massale belangstelling elk jaar opnieuw een totaal onuitgegeven stoet, uitsluitend samengesteld uit (een vijftigtal) Aalsterse groepen, urenlang door de straten van de stad in een sfeer die niemand kan beschrijven en iedereen overigens anders beleeft. – 's Maandags houdt de Ajuinworp op de Grote Markt de massa in vervoering. Nadien start voor de tweede maal de beroemde carnavalstoet. – Dinsdag is de dag van de Vuil Jeanette, het type bij uitstek van de Aalsterse straatcarnaval. Bedoeld wordt een man of vrouw bijgewerkt op voor- en achterkant, verder opgetuigd met allerlei dankbare afgedankte rommel. – De dinsdagnacht wordt Carnaval verbrand. Dat is een ontroerend en een indrukwekkend moment, een teken van inkeer en van bezonkenheid, de wedergeboorte van de orde. (Tekst welwillend medegedeeld door K. Baert, archivaris-conservator van Aalst). Al eeuwenlang viert Binche de komst van de nieuwe lente door middel van een carnavalscyclus die zich over zes weken uitstrekt en in de drie eigenlijke carnavalsdagen uitmondt. De riten van de voorouders worden van generatie op generatie overgegeven. Het blijkt ondenkbaar dat de "gille " actief is buiten de tijd (49 dagen voor Pasen) en buiten de plaats (Binche, geboorteplaats van de gilles) die de traditie voorschrijft: DE GILLES VAN BINCHE VERPLAATSEN ZICH DUS NOOIT. De middeleeuwse stad Binche vormt een ideaal kader voor het verloop van het carnaval. Op carnavalszondag worden de straten opgevrolijkt door duizenden fantasievolle kostuums, gedragen door de toekomstige gilles. De meer intieme carnavalsmaandag zal door de jongeren worden gevierd, 's morgens onder de schelle klanken van draaiorgel en 's middags onder het klinken van trommels en koperen blaasinstrumenten. Vastenavond is de enige dag waarop de gilles uittrekken. De gille, koning voor een dag, zet met respect de voorvaderlijke riten voort. 's Morgens draagt hij het merkwaardige masker dat vervaardigd is uit met was bestreken gaasdoek; als "hogepriester " treedt hij niet op uit eigen naam, dus dient hij anoniem te blijven. 's Namiddags zal hij, getooid met zijn prachtige hoed van struisvogelveren, enorme hoeveelheden sinaasappels uitdelen. De dag zal worden besloten met vuurwerk op de Grote Markt maar nog tot Aswoensdag zal de gille op onze ronde straatstenen zijn typische dans uitvoeren. Het carnaval wordt door de hele bevolking intens beleefd De authenticiteit van haar gille en van haar traditie wordt angstvallig door iedereen beschermd. Voor iemand uit Binche zijn er twee punten waarop hij gevoelig is: zijn stad en zijn folklore. Voor hem geldt de leuze: "ER bestaat maar een Binche in de wereld "! (Tekst welwillend medegedeeld door de Heer J.P. Jaumot, Schepen van Cultuur der Stad Binche).   .

.

.

.

.

.

.

.