Holy- Blood - Procession of Bruges. Previous
Next
Home
Date of issue: 23th of January 1983.
OBC/COB numbers: 2090
Created by: Compotition : Suzanne Boland/ De Schutter
Perforation: 11 1/2
Size: 35 mm x 24 mm
Composition of the sheets: 30
Printing Process: Screendeepprint
Number of plates: 1-2
Printing Run: 5.400.000ex
Paper: P6( see paper Types )2090-8F - Procession
Variations2090A-8F - Procession - Horizontal pair
INFO
De Brugse traditie, volgens dewelke de reliek van het H.Bloed door graaf Diederik van den Elzas in 1148 uit Jeruzalem naar Brugge werd overgebracht, is voor het eerst beschreven door de kroniekschrijver Jan De Lange of Iperius, abt van de Sint-Bertinusabdij te St.Omer, in zijn Chronicon Sancti Bertini van 1380. De eerste Brugse geschiedschrijver, die de overbrenging van het H.Bloed naar hier beschrijft, is Jakob De Meyer in zijn Commentarii geschreven tussen 1538 en 1552, dit is vier eeuwen na de verhaalde gebeurtenissen. Hij meldt de aankomst op vrijdag 7 april 1150, maar zegt niet waar hij deze precieze dagtekening gevonden heeft. Klinisch-wetenschappelijk onderzoek heeft onlangs uitgemaakt, dat de reliek veeleer afkomstig moet zijn van Constantinopel, waar heilig Bloed van Christus in de Mariakapel van het keizerlijk paleis bewaard werd, en waaruit meerdere relieken van 's Heren Passie in 1204 naar het Westen werden meegebracht. Archeologisch onderzoek leidde anderzijds tot de conclusie, dat de langwerpige flacon, waarin het H.Bloed in Brugge wordt bewaard, het oorspronkelijk flesje is, dat in het Oosten uit bergkristal geslepen en uitgehold werd en waarin het H.Bloed naar Brugge werd overgebracht. Daarin ziet men het gestolde bloed langs de binnenwand aanklevend. In 1388 werd dit kristallen flesje in een glazen cilinder met gouden montuur vastgemaakt: dit is de H.Bloedcilinder, die tot heden toe ongewijzigd bewaard bleef. Deze reliek behoort toe aan de stad Brugge en wordt bewaard en vereerd in de Sint-Basiliuskapel op de Burg, die eveneens stadseigendom is. Om die reden is het een lid van het Brugse politiekorps, die de erewacht bij de uitgestelde reliek verzekert, samen met de priester en een lid van de edele confrérie. De processie met de H.Bloedreliek, welke sedert einde 13de eeuw jaarlijks uitgaat, was vanaf het begin een stadsaangelegenheid, waarin de gilden en ambachten een actieve rol speelden. De Brugse magistraat nodigde elk jaar de bisschop uit, om met de diocesane en reguliere geestelijkheid aan de processie deel te nemen. Tot in 1578 deed de jaarlijkse processie de «ommegang» rond de stadswallen, om als het ware heel de stad behoedend te omsingelen binnen de heilzame invloed van het H.Bloed. Het was een lange tocht, die om 10 uur op de Burg werd ingezet en aldaar in de namiddag door de plechtige « toning » van de H. – Bloedreliek werd besloten. Na 1584 ging de processie veiligheidshalve niet meer buiten de stadspoorten, maar langs de straten van de binnenstad, zoals het heden nog het geval is met enorme volksoploop en nooit aflatende belangstelling in de namiddag van Hemelvaartsdag. De Regie van de Belgische Posterijen hield eraan, deze eerbiedwaardige burgerlijke en kerkelijke instelling, die na zeven eeuwen nog steeds bloeiend is, door de uitgifte van een speciale postzegel te herdenken. (Tekst welwillend medegedeeld door het Bisdom van Brugge)
.
.
.
.
.
.
.