50th Anniversary of 'Koninklijke Vlaamse Ingenieursvereniging. Previous
Next
Date of issue: 7th of October 1978.
OBC/COB numbers: 1911
Created by: Emile Vandemeulebroucke
Perforation: 11 1/2
Size: 35 mm x 24 mm
Composition of the sheets: 30
Printing Process: Screendeepprint ;
Number of plates: 1-2-3-4
Printing Run: 10.000.000ex
Paper: P3 ( see paper Types )1911 - 8F - Logo KVI
INFO
Toen in de late herfst van 1928 enkele jonge ingenieurs op het idee kwamen een Vlaamse ingenieursvereniging op te richten, kregen zij meteen de wind in de zeilen; want al waren er enkele Franstalige beroepsverenigingen, een Vlaamse was er niet. De nieuwe vereniging kende bijval, haar ledenaantal groeide gestadig: 180 in 1930, 750 in 1940, 1260 in 1950, 1970 in 1960 en thans ruim 6500. Een technisch tijdschrift wordt uitgegeven sinds juli 1932; het is voorts ononderbroken blijven verschijnen. Thans is « Het Ingenieursblad » een welbekende onder de technische tijdschriften van ons land. Al spoedig na de oprichting ontstond de behoefte aan regionale kernen: zo zijn de Gewestelijke Afdelingen ontstaan. Intussen werd hoe langer hoe meer een beroep gedaan op de Vereniging om, in specifieke gevallen, de beroepsbelangen van de leden te behartigen; dit leidde na de oorlog tot de vorming in de vereniging van een Centrum voor Uitbouw van het Ingenieursberoep. Voor de verdediging van de beroepsbelangen op nationaal vlak gaat de K. VIV hand in hand met het Franstalige zusterorgaan,de "Fédération Royale d'Associations Belges d'Ingenieurs Civils et d'Ingenieurs Agronomes » (FABI). De technische activiteit van de leden en de weerklank daarvan in verenigingsverband, dank zij georganiseerde voordrachten, bedrijfsbezoeken e. a., leidde in 1941 tot de oprichting van een "Technologisch Instituut K.VIV". Dit Instituut heeft inmiddels bekendheid en faam verworven in alle bedrijfsmilieus. Het zorgt immers voor wat wel eens genoemd wordt: "voortgezet onderwijs", niet alleen voor burgerlijk ingenieurs trouwens. Bepaalde cursussen zijn zo gegeerd, dat er beduidende belangstelling voor bestaat bij onze Nederlandse vrienden. In 1954 mocht de vereniging zich "Koninklijke Vereniging" gaan noemen. Dank zij haar tijdschrift en de daarin opgenomen boekbesprekingen groeide ongemerkt op het secretariaat een technische bibliotheek Zij is verder uitgegroeid en telt thans ruim 20.000 boeken. Deze bibliotheek is voor eenieder toegankelijk. Voorheen een groepering van uitsluitend burgerlijk ingenieurs, heeft de K. VIV in 1946 de vereniging opengesteld voor de landbouwkundig ingenieurs. Ook voor de doctors en licentiaten in de natuur, wis en scheikundige wetenschappen staat zij open. In 1975 werden het bestaan en de toekomst van de K. VIV definitief geconsolideerd door de toetreding van de Nederlandstalige schoolverenigingen van ingenieurs. Hierdoor is de K. VIV thans volledig representatief voor de Vlaamse burgerlijk ingenieur, niet alleen in eigen land, maar ook in de Europese Federatie van Ingenieursverenigingen (FEANI). Door initiatieven van de K. VIV zijn geleidelijk ontstaan het "Hulp en Studiefonds K. VIV", het « Ingenieurshuis » en het "Instituut voor Technische Volksopleiding ", allen afzonderlijk zelfstandige verenigingen zonder winstoogmerk. Door toedoen van de K.VIV kwam ook de overeenkomst tussen het "Institut Belge de la Regulation et de I'Automatisme" (IBRA) en het "Belgisch Instituut voor Regeltechniek en Automatisering" (BIRA) tot stand. Sinds 1949 organiseert de K. VIV om de vier, vijf of zes jaar te Antwerpen de over heel de wereld bekende "Internationale Havenkongressen". De K. VIV heeft zich doorheen haar 50-jarig bestaan steeds als een levendige vereniging getoond; haar talrijke activiteiten ten bate van het ingenieurskorps zijn daar het tastbaar bewijs van.
.
.
.
.
.
.