Europe : Discoverys.
Previous
Next
 

Date of issue: 7th of May 1994.

OBC/COB : number: 2555-2556

 

Created by: Anne Velghe / P.P.G. De Schutter

Perforation: 11 1/2
Size : 22 x 37mm
Composition of the sheets: 30
Printing Process: Screendeepprint/Heliogravure
Number of plates: 1-2
Printing Run: 2555-6.000.000ex ; 2556 -1.500.000 ex
Paper: P5 ( see paper Types )

 

2540 - 16F - Georges Lemaitre
2541 - 30F - Gerard Mercator

INFO

Vader van de BIG BANG - Theorie Georges Lemaitre werd geboren te Charleroi op 17 juli 1894. Hij loopt school in het Jezuïetencollege van zijn geboortestad. Hier beëindigt hij de retorica in 1910. In 1911 gaat hij naar de bijzondere scholen van de Katholieke Universiteit Leuven. In 1914 neemt hij dienst in het Belgische leger bij de artillerie en op het einde van de vijandelijkheden krijgt hij het Oorlogskruis met palmen. Terug op de universiteit, geeft hij zijn ingenieursstudie op om fysische wetenschappen en wiskunde te studeren; hij haalt het doctoraat in 1920. Bovendien volgt hij een opleiding wijsbegeerte en wordt baccalaureus; Hij wordt toegelaten aan het seminarie van Mechelen waar hij in 1923 priester gewijd wordt. Hij loopt college bij Eddington in Cambridge (GB) en loopt stage als astronoom aan het Observatorium van Harvard (U.S.A) onder leiding van Shapley. In 1927 wordt hij tot hoogleraar benoemd aan de Leuvense Universiteit. In 1927 publiceert Professor Georges Lemaitre zijn theorie over het uitdijen het heelal in de "Annales de la société scientifique de Bruxelles". De Amerikaanse sterrenkundige Hubble kon deze hypothese bevestigen door zijn waarnemingen met reuzetelescopen. Het licht dat door de nevelvlekken uitgestraald werd vormde een spectrum met een roodverschuiving. Volgens hem toonde deze verschuiving aan dat de nevelvlekken zich uit elkaar verwijderen: het heelal was dus wel degelijk aan het uitdijen. De theorie van Georges Lemaitre over de uitdijing van het heelal werd in 1931 vervolledigd met zijn hypothese over een gigantische superdichte massa die hij oeratoom noemde en waarvan de evolutie heden ten dage gekend is onder de naam BIG BANG. De waarnemingen van de Amerikaanse satelliet Cobe in 1990 bevestigen de BIG BANG theorie die door Monseigneur Georges Lemaitre in 1931 geformuleerd werd. In 1934 werd aan Georges Lemaitre de Francqui-prijs verleend op voordracht van A. Einstein, C.J. de la Vallée Poussin en A. de Hemptinne met de vermelding: "Overwegende dat de Heer Professor Georges Lemaitre, door de originaliteit van zijn wetenschappelijk onderzoek van de melkwegsystemen het heelal en de kosmologische theorie, alsmede door de grote invloed die zijn ontdekkingen hadden op de wetenschappelijke onderzoeken op het vlak van astrofysica en fysica die in de loop van de laatste jaren in verschillende landen gedaan werden, recentelijk een belangrijke bijdrage geleverd heeft tot de wetenschap, waardoor het internationaal prestige van België toenam, beslist de Raad hem de Francqui-prijs toe te kennen". In 1960 werd hij president van de Pauselijke Academie van Wetenschappen. Hij was lid van de Koninklijke Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten evenals van talrijke buitenlandse universiteiten en academiën. Hij kreeg een groot aantal Belgische en internationale wetenschappelijke onderscheidingen. Hij stierf op 20 juni 1966. Ons land kan er terecht fier op zijn dat de huidige kosmogonische theorie over het uitdijen van het heelal, die men BIG BANG noemt, door een Belgische geleerde van de Katholieke Universiteit Leuven uitgedacht werd.

 

Gerard Mercator wordt op 5 maart 1512 als Gerard de Cremer in Rupelmonde geboren. Op veertienjarige leeftijd gaat hij op school te 's-Hertogenbosch. Na zijn humaniora studeert hij in Leuven wiskunde en wijsbegeerte en behaalt er, in 1532 de graad van magister artium bij Gemma Frisius. Na een kort verblijf te Antwerpen keert hij in 1534 terug naar Leuven waar hij huwt met Barbara Schellekens, die hem drie zonen en drie dochters schenkt. In weinig tijd verzamelt Mercator in de Brabantse universiteitsstad de nodige wetenschappelijke kennis en het onmisbare vakmanschap in de graveerkunst, die hem in staat zullen stellen het grootste cartografisch oeuvre van zijn tijd te verwezenlijken. Niet alleen als cartograaf, geograaf of astronoom verwerft, hij bekendheid, ook als wiskundige, graveur, landmeter er instrumentenbouwer maakt hij naam. Tevens ontwerpt hij een nieuw schrift (een cursiefschrift) dat een groot succes kent en vrij snel algemeen gebruikt wordt bij het vervaardigen van kaarten. Verdacht van "Lutherse sympathieën", wordt Mercator begin 1544 gedurende maanden te Rupelmonde opgesloten. Misschien heeft deze ervaring hem onzeker gemaakt en vestigt hij zich daarom in 1552 te Duisburg in het Rijnland (de geboortestreek van zijn ouders), waar een grote godsdienstvrijheid heerst. Gedurende meer dan veertig jaar wijdt Mercator zich bijna zonder onderbreking aan wetenschappelijke arbeid. In 1554 voltooit hij zijn grote Europakaart, waarvan reeds een deel in Leuven was gegraveerd. Hij had er 16 jaar aan gewerkt, gebruik makend van reisbeschrijvingen, havenboeken en gegevens over pas gedane ontdekkingen, had hij het aangedurfd, het nog op de Griekse astronoom en geograaf Claudius Ptolemaeus teruggaande cartografisch beeld van Europa te verlaten. In 1569 verschijnt zijn beroemde "Wereldkaart" ad usum navigantiun (ten behoeve van de zeevaarders). De cilinderprojectie, naar hem Mercatorprojectie genoemd, die hij hier toepast was een ware revolutie en wordt vandaag nog gebruikt. Mercator overlijdt in Duisburg op 2 december 1594. Een jaar later geeft zijn zoon Rumoldus zijn levenswerk, een boek met 105 landkaarten, uit onder de naam door Mercator zelf nog gekozen: Atlas. Bronnen: Mercator-comité 1994 PAUL BOKCSTAELE, Gerard Mercator,uit Twintig Eeuwen Vlaanderen. Vlaamse Figuren, Hasselt, 1976, blz. 119-122

.